Eddie gaat naar de dierentuin

Eddie is een heel nieuwsgierig eendje. Je hoort hem voortdurend vragen: wat is dat? Waarom? Zijn mama heeft het zo druk met de vier andere kinderen dat Eddie er soms alleen op uittrekt om zijn nieuwsgierigheid te bevredigen. Hij ontmoet een kikker, een ooievaar en een koe. Dan staat hij aan een hek met een plaatje “Zoo” erop. Daar is hij wel even zoet met alle nieuwigheden. Er zijn nijlpaarden, orang-oetangs, reptielen, zeeleeuwen, luipaarden en nog veel meer. Na die drukke dag komt hij moe maar voldaan thuis en vertelt er honderduit over alles wat hij gezien heeft. Dit boek is meer dan een gewoon prentenboek. Het geeft tussen het verhaal door informatie over de dieren die Eddie ontmoet. Elk dier krijgt een volledige pagina met allerlei weetjes. Het staat je uiteraard vrij om die informatie te geven tijdens het vertellen van het verhaal, of om er achteraf even op terug te komen. Uiteraard is in het eerste geval de sfeer en het ritme wat weg en zullen de kinderen liever eerst weten hoe het verder gaat met Eddie. Qua verhaal stelt het echter niet veel voor. Een echte lijn zit er niet in, de dieren uit de zoo zijn heel erg verscheiden en het is niet echt duidelijk waarom het net die dieren zijn die aan bod komen. Ook het feit dat de dierentuin erbij betrokken wordt, is wat overdreven. Alsof er in de naaste omgeving van een eendje niet genoeg dieren te ontdekken zijn … De vormgeving van het boek is dan wel weer leuk. Er zijn gaatjes uitgespaard in de bladzijden waardoor je al een glimp kan opvangen van het beschreven dier. Door de tips die Eddie geeft, kan je dan op voorhand proberen te raden over welk dier het gaat. Dat stimuleert alvast het verder lezen. De illustraties zijn kleurrijk en vrolijk maar springen er ook niet echt uit qua aantrekkelijkheid. Dit prentenboekje is leuk zonder meer.