Een brief met vlechtjes
We zijn in Mexico, zo’n honderd jaar geleden. De tijd van de Mexicaanse revolutie. Johanna, een Amerikaans meisje, wordt door haar vader op de trein naar Amerika gezet om te beletten dat zijn belagers haar zouden ontvoeren. Ze reist niet als gewone passagier maar als postpakketje, zodat ze minder opvalt. Met een postzegel op haar rug en haar pop in de hand begint Johanna aan haar dagenlange treinreis, dwars door Mexico. Ze sluit vriendschap met de passagiers en het treinpersoneel en leert van de machinist hoe de stoomlocomotief te besturen. Dan wordt de trein geconfisqueerd door Pancho Villa, de generaal van het rebellenleger en leider van de revolutie. De trein wordt het decor van een bitse strijd waarin uiteindelijk Johanna's pas geleerde stuurkunsten de trein en zijn bemanning van de ondergang redden.
Het zou mooi zijn om te kunnen zeggen dat dit boek leest als een trein. Een stoomlocomotief heeft echter tijd nodig om op snelheid te komen, en dat is ook het geval bij dit boek. Het groot aantal personages (het treinpersoneel, de passagiers, de rebellen) maakt het in het begin moeilijk om het verhaal goed te kunnen volgen. Sommige zinnen lezen stroef (misschien door de vertaling?). Ook het ouderwetse lettertype en dunne papier maken het boek niet aantrekkelijk om vast te nemen. Eens de trein op volle vaart is, ben je ook als lezer mee vertrokken en is het fijn te lezen over de werking van de stoomtrein, krijg je sympathie voor de verschillende personages en word je mee gezogen in de strijd.