Een dag met de dierenbouwers
Dit boek laat je op een heel leuke manier kennis maken met het beroep van bouwvakkers. Ezel mag helpen met het bouwen van een huis voor de pinguïns. Maar vanaf het eerste moment loopt het al mis en zit Ezel vast in nat cement. Hij maakt nog fouten, maar tenslotte is hij het die er voor zorgt dat het nieuwe huis niet per ongeluk wordt vernield. Het is mooi hoe Ezel alles mag proberen en zo zijn zwakke en sterke kanten leert kennen. Wanneer blijkt dat zijn kracht zijn gave is mag hij vanaf dan alle zware klusjes opknappen.
Op een heel speelse manier wordt getoond hoe huizen worden gebouwd zonder dat dit te belerend overkomt. Het huis van de pinguïns is immers fantastisch: het heeft een zwembad als dak, een schaatsbaan en een glijbaan. Dit zorgt voor een vrolijke sfeer in het boek. Toch krijg je correcte informatie; de bouwers zijn grappig getekende dieren maar ze hebben elk hun eigen kunde en beroep, van architect over steigerbouwer tot loodgieter. Telkens je het boek leest, kun je nieuwe ontdekkingen doen. De fijne, tot in het detail afgewerkte tekeningen zorgen ervoor dat het boek ook door oudere kinderen graag gelezen zal worden.