Een hoofd om op te staan
Het verhaal begint reeds op het titelblad met een hond die aan een tekening van een neus snuffelt. "Ik heb een neus ..." Als je de pagina omdraait, staat er "om mee te feesten". En je ziet een meisje met een feestneus. Zo komen achtereenvolgens alle lichaamsdelen aan bod. De vraag is: waarvoor dienen ze? Je moet telkens de bladzijde omdraaien om het antwoord te kennen. Armen dienen om mee te springen, handen om te verstoppen. Dat wordt geïllustreerd door een grote tekening van een activiteit of beweging van hetzelfde personage. Het hondje doet telkens mee met de gebaren van het meisje. Op een ongewone manier komen alle lichaamsdelen aan bod: oren dienen niet om te horen maar om iets aan te hangen (hier: kersen); ogen dienen niet om te kijken zoals we zouden verwachten, maar om te laten zien zoals de vissen onder water. Let ook op de details want het hondje heeft een kers aan zijn staart hangen. De verwoording doet soms wat vreemd aan (ogen om te laten zien) of is niet helemaal correct (oren om aan te hangen i.p.v. om iets aan te hangen).
Dit mooie prentenboek laat toe om met de kleuters op zoek te gaan op welke 'andere', gekke manier we onze lichaamsdelen kunnen gebruiken. De aquareltekeningen zijn prachtig. Het geheel is heel verrassend, het is niet echt een verhaal maar een zoektocht. Leuk boek om op een originele wijze de kinderen de lichaamsdelen te laten ontdekken. Ook de woordenschat wordt uitgebreid: stampen, zwiepzwaaien.