Een ijsbeer in de tropen

Lars, de kleine ijsbeer, mag voor de eerste keer mee met zijn vader naar de grote ijsvlakte aan zee. Alles rondom hen is wit. Zo wit als zijn berenvacht. Vader ijsbeer toont zijn zoon hoe hij een vis vangt terwijl hij zwemt. Lars is fier op zijn vader. Hij leert ook hoe hij zich tegen de wind moet beschermen. Wanneer Lars 's morgens wakker wordt, schrikt hij ,want hij staat alleen op een stukje ijsschots midden op zee. Alle ijs rondom hem begint te smelten en Lars komt in warmer water terrecht. Hij kan zich nog net aan een ronddobberende ton vastklampen. Na een hele lange tijd drijft Lars in de richting van land dat er heel groen uitziet. Het witte ijsbeertje steelt het hart van iedereen. Zo lief, guitig, met een hoog knuffelgehalte verovert het de jungle, vol dieren die hij niet kent. Een orka brengt hem terug naar huis.
Ook in dit tiende boek over zijn avonturen verovert Lars ieders hart. De dieren zijn realistisch getekend en toch stralen ze veel gevoel uit.