Londen, eind negentiende eeuw. Na de dood van haar moeder keert de familie van Gemmauit India terug naar Engeland. De zestienjarige Gemma wordt naar Spence gestuurd, een kostschool voor welgestelde meisjes, die zich tot doel stelt hen te vormen tot goede echtgenotes die hun plaats kennen in de victoriaanse maatschappij. De vrijgevochten Gemma sluit vriendschap met Pippa, Felicity en Ann. Gemma ontdekt een dagboek, waarin gesproken wordt over een andere wereld en een geheim genootschap, de Orde. De leerkrachten hebben er geen idee van dat vlakbij een wereld ligt waar dromen waar worden, waar alles gebeurt wat je maar wenst. Deze wereld openen vergt een bepaalde kracht, maar de meisjes kunnen niet wachten. Aanvankelijk geven zij zich over aan de geneugten van deze nieuwe wereld, maar als Pippa besluit er te blijven – ze moet geheel in de victoriaanse traditie trouwen met een oudere man – wil Gemma eerst niet meer terugkeren. Maar wil ze de wereld van de Orde overlaten aan het absolute kwaad, Circe? Het is niet makkelijk dit fantastische boek in een paar regels samen te vatten en nog minder om het onder één noemer te vatten: het is zowel een klassiek verhaal als een duistere victoriaanse mysteriethriller, als een gothic novel met heel wat fantasy- elementen. Eens begonnen, kan je het nog moeilijk wegleggen. De auteur is erin geslaagd de geest van het negentiende-eeuwse fin-de- siècle Engeland op schitterende wijze weer te geven en te laten contrasteren met de wereld van de Orde, een wereld vol vrijheid waar alles kan. Het boek is opgevat als het dagboek van Gemma, zodat je alles door haar ogen ziet, waardoor niet alleen Gemma en haar omgeving heel erg levendig worden, maar ook de gebeurtenissen zich als het ware voor je ogen afrollen. Libba Bray besteedde heel veel aandacht aan details en maakte van alle personages mensen van vlees en bloed. Dit is het eerste deel van een trilogie. Ik kijk met spanning en vol verwachting uit naar de volgende delen.