Eigen baard is goud waard

Elke ochtend, na zijn ochtendgymnastiek en na een stevig ontbijt met pannenkoeken en stroop, doet Herman wat houthakkers doen. Hij hakt bomen om, boom na boom. Wanneer hij na een lange dag hakken moe naar bed wil, wordt er aan zijn deur geklopt. Daar staat een klein boos vogeltje dat door Hermans gehak zijn boom en nest is kwijtgeraakt. Herman stelt het diertje voor om in zijn baard te komen wonen. Wanneer hij de volgende avond na een lange dag van breken en branden alle takken en twijgjes van de stammen heeft verwijderd, klopt er precies voor het slapengaan een boos stekelvarken aan. Ook hij is door Hermans ingreep zijn huis kwijtgeraakt. Stekelvarken krijgt dan ook een plek in Hermans baard. Hetzelfde gebeurt met Bever nadat die boos kwam aankloppen omdat voorbijdrijvende boomstammen zijn dam hebben vernield. Wanneer blijkt dat de weelderige baard van Herman toch niet de ideale woonplaats is, scheert hij hem af en huizen de drie dieren in de grote stapel baardharen op het terras. Bevrijd van zijn last graaft Herman gat na gat en plant hij boom na boom. Na vier seizoenen is de baard er weer. De nieuwe bomen hebben wat meer tijd nodig om te groeien maar daar tilt niemand nog aan.

Duncan Beedie is afkomstig uit de animatiewereld en dat voel je. De grote, duidelijke, gestileerde tekeningen zijn gemaakt met digitale collageachtige technieken. Ze bevatten weinig details maar net zoals de tekst veel herhaling. De rode, groene en bruine tinten sluiten mooi aan bij de omgeving waarin dit verhaal zich afspeelt. In de eerste plaats lijkt dit een verrassend en vooral grappig voorleesboek waar jonge kinderen aan de hand van de illustraties en het herhalingselement kunnen voorspellen wat er gaat gebeuren. Tegelijk biedt het boek ook een humoristische groene boodschap en stelt het de wijze waarop mensen met de natuur omgaan op kindermaat in vraag.