Flits en het hanenhotel

Flits is een bijzondere jongen. Hij houdt van uitvindingen bedenken en maken. Dat heeft hij misschien wel van zijn vader, die van allerlei oude spullen nieuwe dingen maakt. Zijn moeder verzamelt – in tegenstelling tot zijn vader – geen oude spullen maar haantjes. Ze heeft er ondertussen wel zeventien! Hun leventje loopt gesmeerd totdat ze nieuwe buren krijgen. Die buurvrouw houdt vooral van wit. Vlekkeloos wit. Rommelige buren en lawaaierige haantjes passen niet in haar plaatje.
Flits bedenkt de ene oplossing na de andere maar de buurvrouw blijft doorzetten. De haantjes zullen weg moeten. Lukt het Flits om dat te vermijden?

Een leuk debuut van Lotje Van der Bie. Ze weet naast het hoofdpersonage Flits, alle andere personages mooi uit te diepen. Zo krijg je meteen een beeld van hoe mevrouw Boenders of meneer Kwant eruit zouden kunnen zien. Met een vrolijke schrijfstijl wordt het avontuur van het hanenhotel verteld. Korte hoofdstukken volgen elkaar op en alle uitvindingen worden gedetailleerd getekend door Roos Pulkens. Zij is de nicht van Lotje en architect van opleiding. Ze kan dus best wat tekenen en dat wist Lotje ook. Ze is de geknipte persoon om alle ontwerpen van Flits in beeld te brengen.

De vader van Flits vist al zijn ‘rommel’ uit de rivier en probeert er iets nieuws mee te maken. Liefst kunstwerken, maar voor wie maakt hij ze? Wie zou ze kopen? En dan is er mama die in een asiel werkt waar haantjes niet welkom zijn dus vangt zij ze zelf op. Lotje probeert de boodschap van duurzaam leven op een niet-belerende manier mee te geven in haar verhaal. In die opzet is ze zeker geslaagd.

Leuk om te vermelden is dat de zeventien haantjes ook echt bestaan en ergens in een hanenhotel verblijven. Ze worden terloops in het boek voorgesteld met een foto en een korte omschrijving. Er bestaan dus werkelijk plekken waar haantjes wel welkom zijn.

Een vrolijk en vindingrijk boek.