Grimpow

Het geheim der wijzen

Frankrijk, winter 1313. Het leven van de jonge Grimpow verandert voorgoed als hij en Durlib een dode ridder vinden in de sneeuw, die in zijn hand een eenvoudige, gladgepolijste ronde steen en een verzegelde brief vastklemt. Zodra Grimpow de steen in zijn hand houdt, lost de ridder op zonder een spoor achter te laten. De steen toont al gauw zijn bijzondere krachten: plots kan Grimpow moeiteloos Latijn lezen en de moeilijkste geheimtaal oplossen. Dat is het begin van een lange reis, een wonderbaarlijk avontuur waarin Grimpow, bijgestaan door Ridder Salietti en de wondermooie Weienell, op zoek gaat naar het geheim van de steen der wijzen. Riddertornooien, tempeliersverhalen, krachtmetingen met de inquisitie, raadselachtige genootschappen, monniken en abdijen, alchemisten, labyrinten … alle mysteries van de Middeleeuwen krijgen hun plaats in deze wonderlijke queeste en worden met veel zin voor detail beschreven. En ook al gaat het langzaam vooruit, deze roman houdt je volle 452 pagina’s in zijn ban. Het geheim ontvouwt zich stukje bij beetje, en de reeds ontraadselde stukken worden regelmatig herhaald, zodat ook jonge lezers goed kunnen volgen. Dat vertraagt de actie enorm, net zoals de vele beschouwingen van de hoofdpersonages. Toch stoort dit niet, omdat je zo als lezer tijd krijgt om zelf te reflecteren over wat je gelezen hebt. Je krijgt hier weer de eeuwige tegenstelling tussen goed en kwaad, tussen hebzucht en onbaatzuchtig zoeken naar de waarheid. De achterliggende boodschap is duidelijk: wijsheid en wetenschap moeten onafhankelijk zijn van politiek en religie, en niet gehinderd worden door vooroordelen, hebzucht, eigenbelang en bekrompenheid. De flaptekst stelt dat dit boek ‘ De naam van de roos’ is van de jeugdliteratuur, en het heeft er inderdaad wel wat van weg, niet in het minst door zijn ingenieuze structuur. Bovendien is het heel beeldend en erg toegankelijk geschreven, zodat jong en oud er zich in kunnen vinden. Een (dikke) aanrader!