Het Boekenbos. Kraak de code!

De klas van Karima en Esther gaat op schoolreis. Ze gaan naar het Boekenbos, een nieuw attractiepark. Maar het park is helaas gesloten omwille van een stroompanne. Ze gaan dan maar midgetgolf spelen op het terrein ernaast. Wanneer het balletje over het hek gaat, kan Karima de verleiding niet weerstaan om een kijkje te nemen in het Boekenbos. Esther volgt. Dit is het begin van een spannend avontuur. Elke attractie heeft met boeken te maken: de griezelgang, het detectivespoor, het sprookjeshuis, ... En de enige uitweg is de code te kraken: bij elke attractie moeten ze immers een letter proberen te bemachtigen die de sleutel is naar de uitgang. Het bos is verlaten maar de meisjes hebben de indruk dat ze worden achtervolgd. Gelukkig duikt plotseling Rik op. De vervelende jongen uit de klas blijkt aardig mee te vallen en helpt hen te ontnappen. Toch zijn ze bang van de enge figuur die overal opduikt. En wat als ze het bos verlaten? De leerkracht, ouders, en medeleerlingen zullen verschrikkelijk boos zijn. De uitstap werd immers beëindigd omwille van Karima, Esther en Rik.
Het boek is niet echt verrrassend. De schrijfster poogt educatief te zijn. De opdrachten hebben te maken met historische gebeurtenissen en je komt nogal wat boekengenres tegen. Maar of kinderen daardoor meer gaan lezen is de vraag. Het verhaal wordt verteld door Esther, een stil meisje dat graag leest. Haar kennis komt later goed van pas. Het einde is nogal ongeloofwaardig en bovendien moet Rik als straf de school verlaten. Elk hoofdstuk is een attractie in het park. Bij elke titel vind je een symbooltje dat bij het hoofdstuk hoort. Het verhaal zelf wordt geïllustreerd met wat oubollige, paginagrote potloodtekeningen. Het boek heeft mij niet echt geboeid.