Rick en Maartje brengen met hun ouders de vakantie door op een boerderijcamping in Baggergat. Ze vervelen zich rot, er valt niks te beleven. Hun vader speelt ’s avonds basgitaar in een bandje en hun moeder maakt foto’s van elke grasspriet die ze tegenkomt. Ze wil een tentoonstelling houden in de kerk die een toeristische trekpleister is. Wanneer Rick een gesprek opvangt tussen de koster en de rode- lippen-zwarte-brilvriendin van hun moeder, ruikt hij avontuur. De kerkschatten die onlangs uit de omliggende kerken gestolen werden, blijken opgeslagen te zijn in de ‘Woeste Hoeve’, die door een onderaardse gang verbonden is met de kerk. Rick, Maartje en hun vriend Wouter komen de boeven op het spoor. Maar ze worden gesnapt en ontkomen is er niet aan! Goede vakantielectuur, lichtjes Hollands getint, voor lezers met AVI-8-niveau, die houden van geheimen en allerlei speurderssnufjes. Vlot geschreven verhaal dat goeie lezers vanaf 8 jaar in de spanning houdt tot het einde. De illustraties zijn eenvoudig maar geven wel de juiste sfeer weer.