Pip is een spookje met beentjes: ze kan vliegen, maar zonder staart. Ze woont samen met Mia Muis in een groot huis. Pip "ontleent" spullen van de bewoners om de kamers op te fleuren, maar dat kan niet meer. In het huis waarin ze woont is iedereen verhuisd. Er zijn enkel lege kamers en kale muren. Pip is dolgelukkig wanneer ze de verhuiswagen voor het huis ziet staan. Eindelijk komen er terug mensen wonen. Pip neemt een kijkje in de kamer van Eddie. Hij gelooft niet in spookjes. Zijn fantasie zit op slot. Eddie vindt alles wat niet kan, zoals spookjes, stom. Toch twijfelt hij wanneer hij een bries door de kamer voelt, er is geknipt in de gordijnen, zijn doos met speelgoed is leeg ... Wat is er allemaal aan de hand? Kan Pip helpen zodat Eddie z'n fantasie terugvindt?

Wanneer je dit boek voor het eerst in je handen neemt, oogt het heel druk en chaotisch. Op de achterflap lees je dat dit een zoekboek is. Maar het zoeken beperkt zicht tot het vinden van Oli de schildpad en Leo de kat. Maar die zoektocht is de aanzet om ook bij alle volgende bladzijden naar beide dieren op zoek te gaan. Bij het boek hoort een leuke poster met uitknipplaatjes. Die prenten zijn moeilijk te knippen, maar het is een leuk idee. Achterin het boek wordt verwezen naar de website ecce. Daar wordt aandacht besteed aan technologie. Het is geen gemakkelijk boek en begeleiding door een volwassene is aangeraden. Maar wanneer er samen op zoek wordt gegaan naar alle fratsen die Pip uithaalt, kan het boek kleuters ongetwijfeld bekoren.