Het kleine boek van grote angsten

"Iedereen heeft angsten, sommige zijn groot, andere zijn klein. Het overkomt ons allemaal, dus bang hoef je niet te zijn." Dit is de inleiding. Elke volgende pagina begint met een letter van het alfabet, in de juiste volgorde maar niet allemaal. Het zijn de eerste letters van namen van kinderen. Van de D van Daantje tot de Z van Zack. Allemaal zijn ze wel ergens bang voor; hun angsten worden kort beschreven, in rijmvorm en heel summier. De heldere illustraties spreken voor zich en zitten vol humor en verwijzingen. Gruwelijke groenten bijvoorbeeld (grappig hoe de prinsessenboontjes rechtop lopen), de spoken in de kelder, grote honden. De kindergezichtjes drukken de bange gevoelens heel duidelijk uit. Elke dubbele pagina is een verhaal op zich en kleuters zullen er hun eigen kleine en grote angsten in herkennen. Met de letters die niet voorkomen als beginletter in het boek, kan je blijkbaar de volgende uitroep samenstellen: 'Ik ben echt niet bang!' De kleuters worden op de laatste pagina opgeroepen dit te doen. Een vreemde kronkel voor een voor de rest wel fris en prettig prentenboekje.