Het verraad van Zilver
‘Het verraad van Zilver’ is het vervolg op ‘De dertiende tovenaar’ en ‘De vloek van de Magiër’. Je hoeft de vorige delen niet gelezen te hebben, maar het helpt natuurlijk wel, want er wordt heel wat naar verwezen en een aantal oude bekenden komen zonder echt voorgesteld te worden opnieuw om het hoekje kijken. In dit derde deel worden Olivier, Bart en Quovadis drie eeuwen in de tijd teruggeslingerd. Ze komen terecht in het oude Zilver, voordat Kratau de macht overgenomen had. De spreuk ‘Tempus prior Tempore!!!!’ was dus toch niet zo onschuldig als ze leek. Enkel als ze de tegenspreuk vinden, kunnen ze naar hun eigen wereld terug, en daar hebben ze maximum twaalf uur de tijd voor. Marius de Grote, een bekend horlogemaker-uitvinder steekt hun een handje toe – met vleugels die aan Icarus doen denken – en er komt ook hulp uit onverwachte hoek: een driekwarter, een soort van robot die Kratau bij zijn staatsgreep moeten helpen, kiest hun kant. Dank zij Oliviers magische krachten kunnen ze Kratau’s staatsgreep dan wel niet verhinderen maar wel uitstellen en slagen ze er op het nippertje in naar Ommuur-stad terug te keren. Op naar het volgende avontuur. Het verhaal is vlot en spannend geschreven en leest als een trein. Het kaderverhaal daarentegen komt mij wat gekunsteld en weinig terzake over, zeker op het einde. De auteur haalde duidelijk heel wat mosterd bij J.K. Rowling en Tolkien (achteruit draaiende uurwerken, tochten door bergen en grotten, magische wezens, tijdreizen, … ). Dat zal voor magiegekke kinderen de pret echter niet bederven.