Hoe de Gniep de kerst stal
“De kerst was voor Hunnen hun lievelingsfeest.
De Gniep haatte feesten,
en kerst nog het meest.”
Met deze zinnetjes neemt het verhaal over de Gniep die de kerst stal een vliegende start. Vanuit zijn hol bovenop de berg kijkt hij neer op het dorp van de Hunnen. Het is bijna Kerstmis. De Gniep heeft een hekel aan alles wat er dan gebeurt: de cadeautjes, de boom, de vrolijkheid, de muziek, het gezang en ga zo maar door. Hij verzint een heel akelig plan. Wat als hij nu eens de kerst stal?
Het is een origineel en grappig verhaal van Dr. Seuss over een knorpot waar je als lezer geen sympathie voor kan opbrengen. Angstvallig wacht je af of zijn snode plannetje zal lukken. Gelukkig blijkt kerst voor de Hunnen veel meer dan alleen maar de boom en de cadeautjes die de Griep, vermomd als kerstman, de avond voor kerst weet te stelen. Hoewel de setting zich afspeelt in een wereldje dat niet het onze is met een wat bizar volkje, kan de jonge lezer of luisteraar zich gemakkelijk inleven.
De hele tekst staat op rijm. Om dat te bereiken wordt er met woorden gejongleerd. Omdat het ritme soms niet klopt, is (voor)lezen niet altijd evident. Pentekeningen vullen elke bladzijde van het boek en staan om, rond en tussen de tekst. Hier en daar zijn er met rood en roze ingekleurd. Ze sluiten nauw aan bij de tekst, zitten vol expressie en leuke details.