Hoe ik het kopbeest versloeg

23 manieren om niet onzichtbaar te zijn

Dit boek werd geschreven naar aanleiding van de tentoonstelling 'Gevaarlijk Jong' in het museum Dr. Guislain te Gent. Aan het woord is een pubermeisje, Talula, deel van een bijzonder groot gezin (zeven, maar aan het eind van het boek acht kinderen), dat vertelt over haar alledaagse en minder alledaagse beslommeringen. Het is dan ook niet eenvoudig om je als puber staande te houden in een eerder marginaal gezin met een labiele moeder en broers en zussen van allerlei verschillende vaders. De kinderen hebben de gekste namen, zoals Splinter en Feelfree.
Door het boek komen heel wat psychiatrische problematieken aan bod, natuurlijk niet enkel bij Talula zelf, maar ook in haar omgeving. Of hoe een jong kind (zoals in de tentoonstelling) in aanraking komt en reageert op dergelijke problemen. Het kopbeest uit de titel verwijst naar een soort hallucinante koortsdroom die Talula op een bepaald moment heeft. Haar moeder staat daarna klaar om haar te troosten. Dit fragment werd niet zomaar het titelfragment. Het is één van de zeldzame momenten waarop haar moeder écht contact met haar heeft. De ondertitel – 23 manieren om niet onzichtbaar te zijn – is niet meteen duidelijk van betekenis, maar het lijkt wel of Talula onzichtbaar is in haar grote gezin, maar zeker ook op school, waar ze tracht niet op te vallen.
Een verhaal waar je heel wat in kan gaan zoeken, waar je heel wat vraagtekens bij kan plaatsen en een heleboel lessen uit kan halen over je eigen leven, ondanks de soms wat onbekende problematiek.
Mieke Versyp is de zeer getalenteerde schrijfster van dit boek. Een boek met een minder evidente problematiek, maar Versyp lijkt niets uit de weg te gaan. Dit verhaal is tegelijk heel verschillend van, maar ook heel gelijkend op haar andere titels. Zo was er recent 'Soepletters', 'Eksternacht' en – iets minder recent – 'Linus'. Alle pareltjes van proza. Jammer dat een schrijfster als Mieke Versyp bij het lezerspubliek niet zo een grote naam heeft; ze verdient zeker meer erkenning.
Ook grafisch waren haar vorige boeken op zijn zachtst uitgedrukt interessant. Ook dit boek, geïllustreerd door Trui Chielens, blinkt niet enkel qua verhaal uit in originaliteit, maar ook in zijn vormgeving. In eenvoudig rood en zwart wordt de complexe wereld van Talula op een vaak humoristische manier weergegeven.
Zowel voor Versyp als voor Chielens geldt: graag meer van dat!