Ik lees tien minuten met de Boe!kids
Een groeiboek met luister-cd
In dit groeiboek zijner vier delen, elk deel bestaat uit zes verhaaltjes. 'Thuis bij de Boe!kids' richt zich tot starters en bestaat uit één-lettergrepige woorden. Het eerste verhaal gaat over spookjes die een en ander uitspoken. Boe is een van hen en hij/zij wordt verder meegenomen in het vervolg. Er staat een taalfout op p. 14: "pas op 'van' de bak, zus". In het tweede verhaal maak je kennis met Mie, een mummie en haar hond Mol in een Egyptisch decor. Mie komt verder in de andere delen ook voor. Ook Pier, een vampier, komt weer terug verder in het boek. Hij is verliefd op het vampierendraakje Nes. Verder maak je kennis met het heksje Pas, met Wolf en Krok. Ook op p. 30 staat een taalfout: "ik mag geen look" i.p.v. 'ik lust geen look'. Deze fouten zijn dialectisch maar ook het gevolg van het mordicus zoeken naar éénlettergrepige woorden met de opgelegde volgorde van klinkers en medeklinkers. Je moet al een taalvirtuoos zijn om onder zulke beperkingen een boeiend verhaal te brengen en dat is weinigen gegeven.
Een volgend niveau begint in deel twee, 'De leukste plekjes van Grissel'. Hier komen al woorden met twee medeklinkers aan het begin of aan het einde van het woord voor. In het volgende niveau komen er tweelettergrepige woorden bij. En de laatste zes verhaaltjes bevatten meerlettergrepige woorden en tweeklanken en open lettergrepen. De zinnen worden langer maar lopen nog niet door op de volgende regel. Het boek eindigt bij niveau M4. Op p. 106 duikt er een gemene theaterster in het verhaalop, met de naam Vamp. Ik vraag me af of kinderen wel weten en moeten weten wat een vamp is. De figuren in het boek spelen in op de hang naar (veilig) griezelen bij jonge kinderen zolang de griezels maar vriendelijk blijven. Spoken, vampieren, monsters, draken, heksen, mummies ... zijn populair, je vindt ze ook in speelgoed, computerspelletjes en films.
Op de cd worden alle verhaaltjes knap expressief voorgelezen. Dat is een geschikt hulpmiddel om aan luisterlezen te doen met taalarme of anderstalige kinderen. Het kan ook helpen om beginnende lezers van de zeurtoon bij het lezen af te helpen. De illustraties bevallen mij niet, maar dat zal een persoonlijke appreciatie zijn. De tips om beginnende lezers te begeleiden, die achteraan in het boek staan, zijn zeker nuttig. Dit is meer een boek voor (school)bibliotheken.