Ik wil mijn speen!

Kleine Prinses kan zonder haar fopspeen niet leven. Telkens wanneer een geheimzinnige hand haar speen wegneemt, ontsteekt Kleine Prinses in razernij. Het kan haar geen moer schelen wat de admiraal daarvan denkt, of de eerste minister, of de generaal. Tot haar neef een opmerking maakt, en Kleine Prinses de speen blozend aan haar beer toewijst.
Het loslaten van een fopspeen is voor menige peuter en kleuter een zwaar afscheid. En dan is het fijn daar zo’n luchtig boekje over te hebben. Al zal niemand van de doelgroep begrijpen waarom de heldin op het einde ontkent dat de speen van haar is. Maar goed, onderweg is er wel het leuke verhaal en de humoristische illustraties. Zo is al wie de prinses vraagt of ze niet veel te groot is voor een speen, zelf voorzien van de nodige kinderlijke attributen: een zwemband voor de admiraal, een driewieler voor de eerste minister, en speelgoedsoldaatjes voor de generaal. Vraag is natuurlijk hoeveel je kleuter daarvan oppikt.