Het duo Carnovsky haalt z’n tekenkunsten nog eens boven. Deze keer worden de insecten en andere minibeestjes onder de loep genomen. Je maakt een wereldreis langs de verschillende continenten. In dit boek worden Noord-Amerika, Europa, Azië, Australazië, Centraal- en Zuid-Amerika en het Arctisch gebied als continenten benoemd. Daarnaast wordt er nog even onderwater gekeken en werd er ook nog een plaatsje vrijgehouden voor prehistorische beestjes.

Per locatie volg je dezelfde opbouw per dubbele bladzijde: algemene informatie over het continent en de kleine diertjes die er leven – een felgekleurde kijkplaat die als uitkijkpunt benoemd wordt – een soortengids in zwart-wit waarin een beknopte uitleg gegeven wordt bij de diertjes die je op de kijkplaat kan zien als je de bijgeleverde lenzen gebruikte. Zoals in de andere delen werken vooral de rode en de groene lens. Daarmee kan je insecten (rood) en planten (groen) onthullen. De blauwe lens, waarmee je andere kruipende kriebeldiertjes zou moeten ontdekken, laat het jammer genoeg weer afweten. De lens die je op je smartphone kan installeren via de QR-code werkt ietsje beter.

Dit boek moet het vooral hebben van de special effects. De informatie is zeer beknopt en eerder saai geformuleerd. Echte insectenliefhebbers zullen op hun honger blijven zitten. Wie graag gewoon wat kijkt en hier en daar eens even iets leest zal wel plezier beleven aan dit boek.

Misschien zou Carnovsky beter inzetten op de illustraties alleen en gewoon kijkboeken uitbrengen in plaats van nog meer in te zetten op non-fictie boeken die inhoudelijk eigenlijk weinig meerwaarde bieden.