Jasper wil een vleermuis
Een echte vleermuis, wil Jasper. Eentje die ’s nachts rondvliegt en ondersteboven slaapt. En om zijn woorden kracht bij te zetten, imiteert hij hoe zo’n vleermuis dat dan doet. Elk tegenargument dat zijn moeder of vader aanreikt, probeert hij te weerleggen: in een grot gaan wonen, leven met het licht uit, ... Dat dat niet kan, vindt Jasper ronduit belachelijk. Want als Jasper het wil, dan kan het. Op het einde ziet hij toch in dat het niet realistisch is. Maar dat geeft dan al niet meer, hij heeft zijn zinnen al op een ander buitenissig huisdier gezet.
Wat een heerlijke nieuwkomer in kleuterland, deze Jasper! Zo’n heerlijk eigenwijs karaktertje, dat verdomd goed weet wat hij wil. Een jongetje dat geweldige conversaties voert met de ouder die nooit in beeld komt, maar buiten beeld de discussie met hem aangaat. En dit toch in een zeer duidelijke en begrijpbare taal, die zich perfect laat voorlezen aan een kleuter. De illustraties zijn hilarisch, vooral daar waar Jasper zich zelf als een vleermuis gedraagt. Maar ook het feit dat hij het hele boek door een ovenwant aan heeft, waarop in zijn verbeelding al een vleermuis is neergestreken, is bijzonder grappig. De illustraties zijn op zich vrij sober, met een minimum aan achtergrond, waardoor er volledige focus ligt op Jasper, zijn houding en zijn mimiek. Gelijk met dit deel zijn ook 'Jasper is onzichtbaar' en 'Jasper wil jarig zijn' uitgegeven.