1425. Al vele decennia woedt de Honderdjarige Oorlog tussen Frankrijk en Engeland. Wanneer de Godons -de Engelse soldaten- Domremy in Lotharingen plunderen, raakt ook de familie d’Arc betrokken bij de oorlogsgruwel. Volgens een legende kan Frankrijk enkel gered worden door een maagd. Jehanne, die hemelse stemmen hoort, is ervan overtuigd dat zij het land kan bevrijden. Ze reist naar Vaucouleurs. Na lang aandringen stuurt de stadscommandant haar onder begeleiding naar Chinon aan de Loire. Daar resideert Charles VII. Het jonge meisje maakt indruk op de dauphin en op zijn entourage, waaronder Gilles de Rais. Ze krijgt het commando over een deel van de troepen en bevrijdt Orléans van de Engelsen. Ze wil ook Parijs ontzetten maar raakt gewond. Bij Compiègne valt ze in de handen van Bourgondische soldaten. Ze wordt aan de Engelsen uitgeleverd en als heks in Rouen verbrand. Simone van der Vlugt heeft het relaas van Jeanne d’Arc vlot naverteld. Ze kiest voor ‘Jehanne’, de naam die in de archieven voorkomt. Zoals andere boeken van haar is ook dit al aan een herdruk toe.