Dit is een AVI-meegroeiboek, van M3 tot E3, een boek bestemd voor eerste lezertjes dus. Het boek start met enkele hoofdstukjes niveau M3, schakelt dan over naar niveau M3/E3 om te eindigen met niveau E3. In het eerste deel (M3) worden geen hoofdletters gebruikt. In het tweede deel (M3/E3) wel. Elke nieuwe zin krijgt wel een nieuw regeltje. In het laatste deel (E3) is dit niet meer altijd het geval. Moeilijke woorden worden hier en daar als tekening weergegeven of gesplitst. Af en toe komt de taal wat “gemaakt” over. Maar om een degelijk verhaal voor eerste lezers te schrijven is dat soms wel eens nodig. Ook klinken sommige woorden wel heel Noord-Nederlands zodat Vlaamse lezertjes af en toe wel eens hun wenkbrauwen zullen fronsen. Hondje Ko neemt de denkballonnetjes voor zijn rekening.
Stoere Kaat is samen met haar papa, Gijs, en hondje Ko aan zee. Ze zoekt schelpen, maakt een hut van hout en vindt een kist met buit. Ook een piratenvlag mag niet ontbreken. Wat later leert ze op het strand Bink kennen en noemt ze zich vanaf dat moment Kaat Piraat. De klik tussen Bink en Kaat is er niet onmiddellijk, maar die komt er later in het verhaal wel. Samen gaan ze op zoek naar een zogezegde schat en een dief. Als lezer kom je te weten dat deze zoektocht in scène gezet werd door Bink. Dat geeft je een leuk 'partner-in- crime'-gevoel. Kaat weet immers nog van niks. Onderweg loopt het jammer genoeg een beetje fout. Ze belanden in een kuil en Kaat bezeert haar voet. Bink kan niet anders dan zijn plan opbiechten. Gelukkig is hondje Ko er om hulp te gaan zoeken. Papa komt met een karretje het duo ophalen.
Een leuk avonturenboekje voor stoere meisjes en jongens. Altijd fijn als je als beginnende lezer een echt boek uit kan lezen. De talrijke illustraties in kleur, verweven in de tekst, zijn een aangenaam en welkom steuntje in de rug voor de beginnende lezers.