Kamperen!

Het is eindelijk vakantie. Tim gaat kamperen met zijn ouders en zijn kleine broertje. Het inpakken is lastig, het rijden duurt lang, en de tent opzetten leidt altijd tot ruzie tussen de ouders. Maar vanaf dan is het alleen nog genieten. Tim mag op z’n eentje boodschappen doen, op de markt koopt hij een bodyboard met oma-geld, hij heeft de tijd van z’n leven met zijn vrienden. Zelfs een wegvliegende tent krijgt de vakantie niet stuk.
Dat Philip Waechter een fervent kampeerder is, blijkt niet alleen uit zijn uitgebreide dankwoord, heel het boek ademt dit. Het kampeerplezier spat van elke bladzijde. De sfeervolle illustraties, wisselend van een stripachtige stijl tot bladvullende taferelen, geven heel goed weer hoe Tim geniet van de zelfstandigheid, het buiten zijn, het samen spelen, de overvloedige sterrenhemel. Ook de kleine kantjes die aan bod komen - de snurkende buurman, wespen, de zure melk bij gebrek aan een koelkast ... -  doen geen afbreuk aan het voelbare enthousiasme over kamperen. De tekst is minimaal, vaak niet meer dan enkele woorden bij een beeld of een tekstballon, met een enkele zin. Maar meer hoeft ook niet bij zo’n sprekende illustraties.