Kerstmis toen ik klein was

Astrid Lindgren vertelt hoe ze als klein kind Kerstmis in 1913 beleefde. Eerst was er volop chaos, er moest nog zoveel gedaan worden, en de volgende morgen ontdekten Astrid en haar broer Gunnar hoe de hele kamer er mooi bij lag, samen met vader versierden ze de kerstboom. Ze bekeken nieuwsgierig de pakjes en vroegen zich af of ze een “zaligheidsding” zouden krijgen. “Dat was wanneer je iets kreeg dat zo heerlijk was dat je er zalig door voelde”.

Het is een nostalgisch Protestants verhaal waar het kerstgebeuren wordt voorgelezen en ze samen naar de kerstnachtdienst gaan. Astrid vertelt over Kerstmis in haar jeugd. Ondanks sommige ouderwetse uitdrukkingen, is het gevoelig verteld vanuit haar herinnering als klein meisje van zes jaar.

Het prentenboek begint met een poëtisch lied over een bang meisje dat in het bos verdwaald is en plots haar huis terugvindt. Het is even wennen aan de vroegere vertelstijl, zoals de laatste strofe van het lied “Meteen werd alles licht en klaar, alles op zijn plaats gebleven, huis en vader waren daar, het zo vertrouwde leven”. Astrid vertelt hoe ze, als klein meisje, met haar broer mee met vader het bos introkken om een kerstboom te halen. Er lag een dik sneeuwtapijt, het was hard ploeteren en Astrid geraakte achterop. Ze werd bang en voelde zich precies als in het lied. Thuisgekomen was het een rommelige Kerstdrukte, beide kinderen dachten dat het een trieste Kerst zou worden. Het werd de mooiste Kerst van haar leven. Ze schept beelden die bij ouderen herinneringen oproepen naar vroeger maar voor kleuters moeilijk inleefbaar zijn. Ook haar taal is voor kinderen soms niet te begrijpen. Ze gebruikt woorden en zegswijzen van vroeger zoals bv “ze speelden zo dat de stukken eraf vlogen”of “huiswaarts keren”.

Het verhaal begint met een oud lied dat in een oude taal op rijm is geschreven. Dat is voor jonge kinderen haast niet te vatten. Ook het verdere kerstverhaal is breedvoerig uitgeschreven waarbij Astrid mijmert over haar beleving van Kerstmis in 1913. De illustraties creëren de sfeer van vroeger, de figuren zijn redelijk statisch getekend, alles speelt zich overwegend af in bruin-witte tinten. De prenten zijn net mooie stillevens, in donkere tinten, met het licht als clair-obscur, wekt het een intieme en gezellige kerstsfeer op.

Dit prentenboek zal dierbaar onthaald worden als reminiscentie in een woonzorgcentrum. Ouderen zullen er hun fijne herinneringen aan Kerstmis mee herbeleven.