Kikker vindt een vriendje
Op een herfstwandeling door het bos vindt Kikker een teddybeer. Kikker neemt hem mee naar huis en zegt tegen zijn sceptische vrienden dat hij Beertje wel alles zal leren. En dat gebeurt ook. Beertje leert lopen, praten, spelen, tekenen, en wordt door de vrienden helemaal opgenomen in de groep. Maar dan wordt Beertje plots overvallen door heimwee en gaat hij op weg naar waar hij vandaan kwam. Kikker is er het hart van in en huilt zich elke avond in slaap. Tot er op een ochtend iets warms en zachts naast hem in bed schuift ...
Ook bij de vijftiende druk staat zo’n Kikker-boek nog altijd als een huis. De emoties die Max Velthuijs kon schetsen door te spelen met het lijntje van Kikker zijn bek, blijven indrukwekkend. De gevoelens die hij met weinig woorden opriep zijn echt en herkenbaar. En dan die heerlijke illustraties! Op het breekpunt in het boek, waarin Velthuijs op een dubbele pagina de eindeloze verte toont, zou je zo Beertje uit de illustratie tillen om hem te knuffelen. Mooiere odes aan de vriendschap zijn er zelden gemaakt.