Koken met kikker

Kikker en zijn vrienden zijn het hele jaar door bezig in de tuin. Ze zien appels rijpen en paddenstoelen groeien, ze planten prei en plukken bessen en aardbeien. Elk seizoen passeert en elk seizoen gaat gepaard met een viertal recepten gelinkt aan een welbepaalde groente of fruit van dat moment. Kikker en zijn vrienden starten met koken in de lente met gevulde eitjes of bananencake. In de zomer eten ze buiten en maken ze o.a. een groentedip voor de picknick. In de herfst mogen ze eindelijk de appels oogsten om er een lekkere appeltaart mee te bakken. In de winter zijn het voornamelijk de gezellige warme gerechten, zoals een havermoutpap of een stamppot.  

Koken met kikker is noch een kookboek, noch een leesboek, het is echt een mix van de twee en dat maakt het zo speciaal. Het laat kinderen kennismaken met ingrediënten en hun herkomst.  Eten komt niet uit een pakje en de ingrediënten vind je vaak dichterbij dan je denkt. Jammer dat er niet meer aandacht gegeven is aan waar alle ingrediënten nu precies vandaan komen en aan welke struik of boom iets groeit. Dit was misschien wel de opzet van het boekje, maar het is te oppervlakkig gebleven. De recepten zijn gevarieerd en zeer gemakkelijk te bereiden. Natuurlijk staat er in dit boek een recept voor appeltaart, maar even goed is er plaats voor iets minder voor de hand liggend, zoals gnocchi met champignons of wraps met guacamole. Elk recept is opgevat als een verhaaltje op zich waar Kikker nooit alleen werkt, maar het werk verdeeld wordt onder vrienden. Op deze manier kun je als ouder samen met je kind koken en heb je een idee wat je door je kind kunt laten doen en wat je zelf beter doet. Dankzij de blauwgestreepte randen op de pagina's waar de recepten staan, heb je ze snel gevonden. De illustraties zijn ons allen welbekend, sober maar met felle kleuren. De dieren zijn statisch en de tekeningen zitten in kadertjes, maar ze hebben hun waarde reeds bewezen en er straalt een zekere herkenbaarheid van uit.