Lina en het huisdierdraakje
Wat een leuk boek voor de beginnende of minder goede lezer! De wereld van Lina en haar huisdierdraakje is een vrolijke en luchtige plaats waar lezers van zes tot negen jaar zich goed in voelen. Er is zowel door de auteur als door de uitgever veel gedaan om dit boek toegankelijk te maken, zonder afbreuk te doen aan het sterke en fantasierijke verhaal. Zo leest het boek vlot doordat er veel witruimte rond de letters is. Ook de onderverdeling in hoofdstukken en de mooie zwart-wit illustraties verhogen het tempo waarop je dit boek leest. Dat het boek bestaat uit twee verhaaltjes die los van elkaar staan (maar op elkaar volgen), maakt het zelfs nog gemakkelijker leesbaar. Toch lees je al een echt boek dat je meeneemt naar een universum waar draken bestaan.
In het eerste verhaaltje maken we kennis met Lina. Lina krijgt een pup voor haar zevende verjaardag. Groot is dan ook haar teleurstelling dat de pup die ze uit het asiel wou adopteren al een nieuw baasje heeft gevonden. Gelukkig is haar oma, Nani, er om haar te troosten. Nani stuurt haar de tuin in, waar ze een draakje tegenkomt. Lina kan zelfs met het draakje praten. Moet Lina nu tegen haar mama gaan vertellen dat ze geen pup wil maar een draakje? Gelukkig niet, want zodra iemand anders als Lina in de buurt van het babydraakje komt, kan het zichzelf in een pup veranderen. Lina noemt hem dan ook heel toepasselijk Pup.
Wanneer in het tweede verhaal blijkt dat Pup zich toch niet echt als een hond kan gedragen, gaat hij samen met Lina op hondentraining. Daar beleven de twee heel wat avonturen. Ze lopen zelfs verloren, spannend! Gelukkig is er dan Lina’s magische armband om haar de weg te wijzen. Pup leert op die manier wel zitten, liggen en lopen op commando. Maar bovenal: hier leren ze dat elke hond anders is dus dat Pup zijn speciale kant ook wel een klein beetje mag tonen aan de buitenwereld. Een mooie boodschap, die zeker niet belerend overkomt.