Lotte en het Ceetje
Kan iedereen toveren? Volgens het Ceetje wel. Lotte weet het nog niet zeker. Maar samen met het Ceestje lost ze al haar problemen op. Ze ontdekt dat spruitjes lekker zijn en dat de saaie buurvrouw met haar vieze thee helemaal niet zo saai is. Ze bedenkt hoe je een prinses kan worden en ze leert zelfs hoe je een verkreukelde kroon weer mooi krijgt. Samen met het Ceetje gaat Lotte op zoek naar oplossingen. Is dat toveren? Of niet?
Na een carrière in het schrijven van informatieve teksten voor de medische sector, zoals brochures en handleidingen, besloot Caren Peeters de stap naar de kinderliteratuur te zetten. Met 'Lotte en het Ceetje' is ze na 'De verjaardag van de Luiaard' aan haar tweede boek toe. Het boek is verdeeld in 28 korte hoofdstukken die zelden meer dan anderhalve pagina lang zijn. Peeters gebruikt korte, duidelijke zinnen en weert het gebruik van moeilijke woorden (met uitzondering van de naam van de Gravin). Het verhaal is geschreven in de derde persoon enkelvoud, hierdoor blijf je als lezer een zekere afstand behouden met het hoofdpersonage Lotte. De schrijfstijl is vrij droog en to-the-point. Qua inhoud blijft het verhaal redelijk rechtlijnig doorlopen. Met uitzondering van de komst van het Ceetje gebeurt er weinig spannends. Als je al van spannend kan spreken. Want ook dit gebeuren wordt in een paar korte regels beschreven, van spanningsopbouw is nauwelijks sprake. Een gemiste kans. De 'moraal in het verhaal' ligt er duimdik op: met fantasie kan je heel wat bereiken bij een kind. Het helpt om de dingen af en toe eens wat anders te bekijken!
Het gebruikte lettertype, de helderwitte pagina's, de grote interlinie en de bladschikking zouden dit boek geschikt maken voor beginnende lezertjes, als het leesniveau zou kloppen. Aangezien dit niet zo is, is het eerder geschikt als voorleesboek. Rekening houdend met de inhoud en het trage tempo lijkt het mij eerder geschikt voor kinderen tot zeven jaar. Als voorlezer ga je wel flink moeten inzetten op intonatie en dramatiek om je publiek (dat tegenwoordig toch wel iets meer gewoon is) aandachtig te houden.
De illustraties werden gemaakt door Maria Den Hertog, zus van. Dit is het eerste kinderboek dat zij illustreert. Sinds 2007 begon ze met het maken van interieurbordjes. Bij elk hoofdstuk vind je een tekening van haar terug. Den Hertog maakte gebruikt van kleurpotloden wat het geheel wat korrelig maakt. Haar tekeningen voelen wat kinderachtig aan en hebben een ouderwetse uitstraling. Hier en daar slopen er een paar technische tekenfouten in, wat een verwende recensent wel opvalt.
Het geheel van tekst, illustraties en kaft voelen voor mij aan als een throw-back naar de jaren 80. Een voorleesboek dat eventueel gebruikt kan worden als opstapje voor een les rond fantasie voor een doelpubliek tot 7 jaar.