Mijn eerste kriebelbeestjesboek

Twintig kriebelbeestje passeren de revue in dit boek, van vlinders en hommels tot glimwormen en kakkerlakken. Alle kriebelbeestjes worden paginagroot getekend met ernaast een fiche en een 'wist je dit?'. Op een felgekleurde achtergrond wordt nog even een korte uitleg gegeven over kenmerkende eigenschappen van het diertje. Helemaal achteraan treft men het register aan waar je de beestjes kan aankruisen die reeds gezien hebt.

De kaft en de schutbladen van dit boek zijn knap getekend en uitnodigend, helaas contrasteert de inhoud van het boek met de mooie, veelbelovende buitenkant. Kriebelbeestjes zijn klein en wanneer je ze vergroot wil weergeven, moeten ze tot in het kleinste detail uitgewerkt worden. Dat ontbreekt helaas in de tekeningen, zoals de slak die zo statisch en droog overkomt, hoewel hij normaal overal een slijmspoor achterlaat, een duizendpoot met zulke korte pootjes dat hij nooit vooruit zou kunnen geraken of een gewone huisspin zonder één haartje op zijn poten (hoewel het wel in de begeleidende tekst vermeld wordt). 

Het zijn tekeningen die niet aanspreken, die zo statisch zijn en die vaak op een erg fantasieloze achtergrond staan afgebeeld. De bladschikking is bijzonder statisch en saai, en komt zeer schools over. De verschillende grote kleuroppervlakken verstoren het geheel. Verder varieert de aangeboden informatie zodanig van niveau dat het erg moeilijk is om het boek aan te raden voor een welbepaalde leeftijdsgroep. Langs de ene kant blijft de gegeven uitleg erg vaag en eenvoudig (een rups is de larve van een vlinder of een mot), langs de andere kant krijg je wel altijd de Latijnse naam, spreekt men van bioluminescentie en melkeppe, heeft men het regelmatig over lichaamssegmenten, maar wordt nergens uitgelegd wat men daarmee bedoelt. De wist-je-ditjes daarentegen zijn wel altijd boeiend, maar ook hier weet ik niet of jonge lezers het wonderlijke van de natuur volledig naar waarde gaan kunnen schatten.