‘Nergens bang voor’ biedt ons een bundeling van allemaal spannende kortverhalen. Verhalen over een zusje dat eigenlijk een robot is, over uit gaan logeren en belanden bij je eigen familie die je totaal niet herkent, over een vrouw in het meer, over een begrafenisonderneming, over in het verleden terecht komen, … Bekend en minder bekend, bejubeld en minder bejubeld, dertien schrijvers leverden een al dan niet nieuw verhaal voor dit boek. Het draait in deze bundel vooral om impliciete spanning, om enge dingen en niet om moord, dood en bloed. Het ene verhaal is al wat spannender dan het andere, op sommige momenten lees je met kippenvel op je armen, terwijl je op andere momenten al aan het einde van het verhaal bent zonder werkelijk bang te zijn geweest. De kwaliteit van de verhalen verschilt ook van schrijver tot schrijver. Het is vooral leuk om te grasduinen tussen zoveel verschillende schrijfstijlen, zoveel verschillende ideeën wat spanning betreft. De verhalen lenen er zich niet echt toe om allemaal achter elkaar uit te lezen, maar eerder als tussendoortje of als voorleesverhaal.