Onder de banyanboom
De Indische Shanti kent haar echte ouders niet. Kort na haar geboorte werd ze door haar moeder afgestaan aan de oude priester Umesh. Ze groeit op in de hindoetempel. Umesh zorgt voor haar als een vader, tot ongenoegen van zijn leerling Mandhar. Mandhar ziet Shanti immers als een stammenkind, ze is onrein en zou hem kunnen bezoedelen. Maar hij is ook jaloers want ook voor hem betekent Umesh geborgenheid, vaderliefde, ... Shanti wordt volledig afgesloten van de buitenwereld. Haar enige vriend is Aravind, de jonge gids die toeristen naar de tempel brengt. Hij heeft hier echter geen toekomst en vertrekt naar de stad om er te werken. Aravind belooft haar later te komen halen en voor haar te zorgen maar Mandhar heeft andere plannen. Shanti moet devadasi worden, een tempeldanseres. Ze nemen haar mee op reis. Zal Shanti ooit kennis maken met haar moeder en Aravind terugzien?
Gerda van Erkel liet zich door de Indiase cultuur inspireren tot een mooi, hedendaags verhaal. Het is heel vlot geschreven, in de ik-persoon met veel levendige dialogen. De schrijfster weet op een gevoelige manier de gevoelens en gedachten van Shanti weer te geven. In drie delen, die elk bestaan uit een negental hoofdstukken, wordt de jeugd van Shanti uitvoerig beschreven. Het is een geëmancipeerd meisje dat anderen niet zomaar over haar toekomst laat beslissen. Ze neemt zelf beslissingen en probeert te ontkomen aan de toekomst die anderen voor haar gepland hadden. Dit trieste verhaal wordt op een aangepaste manier verteld zodat het niet te overdreven overkomt. Bovendien krijgt Shanti's verhaal een happy end, wat je in werkelijkheid niet zo vaak kan verwachten.
Als lezer krijg je in ieder geval begrip voor deze voor ons vreemde cultuur. Het is een boeiende kennismaking met het kastensysteem, de religie, de manier van leven bij de arme Indiase bevolking. Het geloof (in een God, in Umesh, in Aravind, ...) blijft een belangrijke rol spelen bij Shanti. De banyanboom uit de titel is een wilde vijgenboom. Hij staat op de heuvel en is Shanti's schuilplaats als ze verdrietig is. Van hieruit ziet ze de boodschappenmannen en de pelgrims naar boven komen en Aravind.