Ontdek de wereld

Gek, gaaf, geweldig!

Tim Flannery noemt zichzelf evolutionair ecoloog. Hij startte zijn wetenschappelijke carrière als paleontoloog. Dat is iemand die fossielen bestudeert. Later ging hij levende dieren bestuderen en werkte hij voor een dierenmuseum in Sydney. Nog later werd hij klimaatcommissaris van Australië en bestudeerde hij hoe de ecologie in de loop van de evolutie verandert. Hij raakte als kind al gefascineerd door de wonderlijke wereld van dieren en ging zelf op onderzoek uit in zijn buurt. Die fascinatie wil hij nu delen met dit boek vol weetjes over de vreemdste dieren die op aarde leven. Geordend in 4 grote habitats (water, lucht, bos en woestijn/grasland) komt een rijk aanbod aan dieren aan bod. We lezen over kikkers, motten en beren, maar ook over minder bekende exemplaren als de kogelvis, de hoatzin of de basilisk. Per dier zijn één of meerdere pagina’s gevuld met weetjes en tekeningen. Bij heel wat dieren is er ook de rubriek ‘Flanneryfeitjes’ waarin de auteur zijn eigen ervaringen met deze dieren deelt. Zo leren we dat Tim Flannery de ontdekker is van vier soorten boomkangoeroes, een selfie kon nemen met een dolfijn en een angstige ontmoeting had met een gorilla. Er is ook een rubriek ‘klimaatverandering’ met daarin de gevolgen van de klimaatverandering voor het dier in kwestie.

Dit boek oogt erg aantrekkelijk met de felle kleuren en blinkende bladzijden. Het bundelt heel veel informatie over een rijke variatie aan dieren. Bij de keuze van de dieren merk je de Australische afkomst van de auteur. Heel wat dieren komen vooral in Australië voor en zijn voor ons exotisch. Andere dieren waar wij spontaan aan denken bij de habitat ‘bos’ (vb een vos, een ree of een eekhoorn) komen we niet tegen in het boek. Het is niet duidelijk waarop de auteur zijn keuze voor bepaalde dieren baseerde. Ook de keuze voor bepaalde weetjes lijkt eerder willekeurig en het boek voelt daardoor chaotisch. Als je specifiek wil weten hoe een dier zich voortplant of wat het eet, moet je goed op zoek gaan. Dit boek wil vooral nieuwsgierigheid prikkelen en verwondering opwekken, en daar slaagt het zeker in. Het doet daarmee denken aan populaire dierentijdschriften voor kinderen. Daarin krijgen foto’s een prominente plaats. In dit boek staan enkel illustraties en die zijn zeker mooi, maar kunnen voor mij een foto niet vervangen. En ook, als je geen overdosis weetjes wil, lees je dit boek best met mondjesmaat: af en toe een blad en dan weer laten rusten.