Panda wil een vriendje
Panda voelt zich alleen. Hij zou zo graag een vriendje hebben, maar vrienden maken ... hoe doe je dat? Hij gaat in de leer bij andere dieren: flamingo’s, maki’s, blauwvoetgenten en pauwen. Zeker de tweede en derde soort zullen voor een aantal kleuters eerst nobele onbekenden zijn. Hij probeert te doen wat zij doen, maar dat loopt altijd op een sisser af. Net wanneer panda wil opgeven, is daar de voor de hand liggende oplossing: een andere panda. Die komt vragen of de twee misschien samen kunnen doen waar ze beiden sterk in zijn: eten. Al etend worden ze beste vrienden.
Op zich een zeer voorspelbare verhaallijn met een zeer eenvoudige tekst, maar de vormgeving zorgt toch voor dat extraatje. De knappe illustraties lopen door over de dubbele pagina. Onderaan is er een reep van 2,5 cm wit gelaten, wat de prenten nog beter tot hun recht doet komen. Ook de zilvergrijze achtergrond die op alle bladzijden gebruikt wordt, draagt hiertoe bij. De zoektocht loopt ook verder dan een dubbele bladzijde per dier, dit maakt dat de ontmoeting met een nieuwe diersoort niet al te bruut gebeurt, zoals in vele gelijkaardige prentenboeken wel het geval is. De tekst is zeer basic gehouden. De eenzame momenten van de panda worden wel benadrukt door twee maal ongeveer dezelfde woorden te gebruiken. Dit stukje tekst zal zeker een gevoel van herkenning oproepen.