Peter Pan
In het begin van de twintigste eeuw creëerde de Schotse schrijver James Matthew Barrie het personage van Peter Pan, een jongetje dat nooit opgroeit en zijn eeuwigdurende jeugd beleeft op een eiland als leider van de verloren jongens. Het eiland ‘Neverland’ - in de nieuwste vertaling ‘Nooitgedachtland’ - is de droom van elk fantasievol kind: er leven indianen, zeerovers, zeemeerminnen, elfjes en allerlei wilde dieren. Peter Pan komt voor in verschillende werken van Barrie maar het bekendst werd wel Peter and Wendy uit 1911, het verhaal waar Wendy Darling (Lieveling) samen met haar broertjes John en Michael onder leiding van Peter wegvliegt uit het ouderlijk huis en in Nooitgedachtland terecht komt.
Het is dit verhaal dat in 2014 voor het Nederlandse taalgebied onder de titel Peter Pan verscheen in een groot formaat en voorzien van talrijke, vaak paginagrote illustraties. Het zijn vooral de prenten van Quentin Gréban die deze uitgave bijzonder maken: stemmig, mysterieus en in een prachtig kleurenpalet.
Als auteur staat wel de naam van Barrie op de cover maar er zit toch een flinke afstand tussen Barries tekst en deze versie: deze Peter Pan is vertaald vanuit het Frans door Kristien Werck op basis van een bewerkte en ingekorte tekst van Xavier Deutsch die zich dan weer baseerde op de Franse vertaling van Barries tekst die bij Flammarion verscheen in 1982.
Door al deze omwegen is er van de oorspronkelijke tekst van James Matthew Barrie toch wel een en ander verloren gegaan. Barrie heeft een heel beschrijvende vertelstijl en hij neemt zijn tijd om alles goed uit te leggen. De verteller spreekt rechtstreeks zijn lezers of toehoorders aan en stuurt hen bij waar hij dat nodig vindt, zoals dat gebruikelijk was in kinderliteratuur van honderd jaar geleden. Uiteraard is het voor jonge lezers van nu niet evident om de taal en stijl van Berrie nog te kunnen waarderen, maar het is toch nog maar de vraag of dat dan wel het geval is met de ingekorte versie.
Het personage van Peter als zelfzuchtige, roekeloze jongen die denkt geen ouders nodig te hebben maar die eigenlijk toch nood heeft aan een warme, zorgende moederfiguur is bij Barrie behoorlijk complex. Peter geniet van zijn zorgeloze bestaan, denkt van dag tot dag en heeft vrijwel geen herinneringen. Hij denkt er niet aan om op te groeien en verantwoordelijkheid te nemen, maar ook graag zien, graag gezien worden, zorgen voor en geborgenheid ervaren kan hij geen plaats geven. Tussen de regels door merk je de hunkering naar een ander, liefdevoller leven.
Humor is een ander belangrijk aspect van Barries vertelkunst. De lezer krijgt voortdurend het gevoel dat de schrijver zijn personages niet helemaal ernstig neemt; hij overdrijft voortdurend en zet hun kleine kantjes extra in de verf. Humoristisch is ook de manier waarop de alwetende vertelinstantie wordt aangepakt. Zo overlegt de verteller met zichzelf – en met zijn lezers – hoe hij de thuiskomst van de kinderen Lieveling zal regelen. De ouders dat weekend een uitstap laten maken hoort niet tot de opties. Mevrouw Lieveling zou het hem nooit vergeven en evenmin, zo besluit de verteller, kan hij mevrouw Lieveling op voorhand al laten weten dat haar kinderen onderweg zijn want dat zou het verrassingsaspect bederven.
Al deze aspecten krijgen veel minder aandacht in de recente bewerking, waar men vooral het verhaalverloop heeft laten primeren. Een logische keuze, maar ook een die ten koste gaat van authenticiteit. Het thema van de altijddurende kindertijd blijft overeind in deze versie. Peter Pan als belangrijk literair erfgoed gaat enigszins verloren door de aanpassingen in de vele tussenstappen.