Het leuke zwarte prinsesje Arabella is voor veel kleuters een vertrouwd gezicht. Dit is dan ook het tiende boek over haar. Ze mag uit logeren gaan bij Omi. En ze gaat niet alleen, ook prins Mimoen (Arabisch), prinses Ling, (Aziatisch) en prinses Sofie (blank) zullen er zijn. Bij Omi staan heel veel spulletjes waaronder een echt harnas. Maar Omi houdt haar gasten goed in de gaten en leert hen zich prinselijk te gedragen. "Alleen met de oogjes kijken, niet met de handjes, om de beurt praten, wachten met eten tot iedereen aan de tafel zit, niet praten met volle mond, altijd eerst proeven voor je mag zeggen of je iets lekker vindt of niet ..."  De kinderen helpen Omi met de tafel afruimen want Omi kan heerlijk vertellen over vroeger. Voor ze naar bed gaan mogen ze nog even stoeien en dan leest Omi nog een verhaaltje voor. Met vier in het grote bed slapen is extra gezellig. Na het ontbijt is de oppas er om hen op te halen. En het lijkt erop dat Arabella het meest onthouden heeft van de lesjes 'goede manieren'.  Ze roept haar speelmaatjes terug want: "We moeten Omi nog gedag zeggen en haar bedanken voor het logeerpartijtje".
Zoals in de andere boeken is het ook hier de eenvoud die charmeert. Hoe de familiebanden in elkaar zitten wordt niet gezegd. Hoewel ze alle vier een ander kleurtje hebben, hebben de kinderen op een vanzelfsprekende manier wel één zelfde Omi. De illustraties zijn duidelijk en aantrekkelijk en er werd een cd met liedjes toegevoegd .