Scratch is een toegankelijke “sleep”-programmeertaal die ideaal is voor beginners. Geen frustraties meer als je per ongeluk een foutje typte in één of ander commando, maar je kan 'blokken' slepen en zo programma’s bouwen.

Heel wat kinderen hebben Scratch al ontdekt en gaan er zowel thuis als op school mee aan de slag. Wanneer je het programma onder de knie hebt, kan je gerust zelf experimenteren, maar als beginner is wat ondersteuning zeker welkom. Carol Vorderman speelt hier handig op in en bracht al meerdere boeken op de markt rond Scratch maar ook rond andere kindvriendelijke programmeertalen. 

Na een voorwoord en zeven bladzijden achtergrondinformatie rond games ga je al aan de slag. Je krijgt een snelcursus Scratch van vijf bladzijden en dan kan het echte programmeerwerk beginnen. De jonge programmeur krijgt acht games voorgeschoteld die tot een goed einde gebracht moeten worden. Al is het vooral kopiëren wat er staat, toch krijg je ook de uitleg over wat je aan het programmeren bent en waarom je wat doet. De balk bovenaan geeft aan hoe ver je al gevorderd bent in het programmeren. Tel gerust een uurtje computerwerk per game. Tussendoor krijg je tips van experts, en als extraatje zijn er ook hacks en tweaks waarmee je nog wat uitbreidingen kan toevoegen. Er is ook ruimte om zelf aanpassingen te doen.

Na het programmeren kunnen de spelletjes naar hartenlust gespeeld worden. Werkt het niet zoals je gewild had, dan weet je dat je een fout maakte. Er zit niets anders op dan die dan op te sporen.

Er zit een opbouw qua moeilijkheidsgraad in, maar het is niet noodzakelijk om de games volledig in de volgorde van het boek te maken. Wanneer je je nadien zelf waagt aan het creëren van een game, kan je uit elke oefening wel de dingen halen die je leuk vond en ze combineren. Knap hoe er stap voor stap gewerkt wordt. De uitleg is duidelijk en volledig. De illustraties en screenshots die in het boek gebruikt worden zijn gemakkelijk te herkennen op de computer. De boeken uit deze reeks lijken op elkaar qua opbouw, maar er worden steeds andere projecten in uitgelegd. Wanneer je iets niet onmiddellijk in dit boek vindt, vind je het zeker wel in één van de andere delen.

Voor de beginnende scratchers lijkt me het aangewezen om eerst kleinere projectjes uit een ander boek van de reeks te testen. Wanneer die lukken, kan je zeker met de games aan de slag. Ervaren scratchers zullen aan hun trekken komen en zullen uit de voorbeeldgames zeker dingen kunnen halen die ze in hun “eigen” games kunnen gebruiken. In hoofdstuk 11 worden ze ook uitgedaagd om hun werk nog een niveau hoger te krijgen. De laatste pagina’s in het boek zijn voorbehouden voor een uitgebreide woordenlijst en een overzichtelijk register.

Een aanrader voor programmeurs in spe thuis en in de klas.