Raaf en papegaai
Naar de laatste wildernis
Raaf en Papegaai trekken naar het noorden waar, in de zomer, de zon niet ondergaat. Ze willen dit fenomeen beleven. Dit prentenboek heeft veel in petto: in het verhaal krijg je informatie over de natuur in Lapland, het avontuur van raaf en papegaai is geschreven in drie leesniveaus en de sfeervolle beelden nemen je mee in die sprookjesachtige natuur van Lapland.
Het is het zevende deel van een reeks over bijzondere natuurstreken in de wereld. Raaf en Papegaai ondernemen een tocht naar het hoge noorden. Onderweg ontmoeten ze vreemde dieren, zoals een lynx en een kudde lemmingen. Het avontuur bestaat uit een eenvoudig scenario. Papegaai wordt gebeten door een mug. De jeuk is verschrikkelijk en ze gaan op zoek naar het geneeskrachtig kruid weegbree. Ze ontmoeten de eland, hij beschrijft het prachtige noorderlicht. Dit kan je in de winter beleven. De sfeervolle illustraties in prachtige kleuren nemen je op in die eindeloze landschappen.
Zelf heb ik gedurende zes weken 700 km gestapt in Lapland en in dit verhaal herken ik de heel aparte intieme band die je beleeft met de natuur, eindeloos in tijd omdat in de zomer de zon niet ondergaat.
De tekst is onderverdeeld in drie leesniveaus, een origineel concept. Het idee is waardevol, alleen moet er nog wat aan geschaafd worden. Nu is er veel tekst op de tekening te zien. Ook biedt het derde niveau weinig nieuwe elementen, zodat er weinig uitdaging is om dit leesniveau te lezen. De vertelstijl komt wat saai over. De informatie voor de oudere kinderen is summier. Op het einde lees je informatie over de natuur, die helder en eenvoudig verwoord is en kan je meedoen aan een Quiz. De diversiteit in drie leesniveaus brengt kinderen van verschillende leeftijd bij elkaar en kan een boeiende conversatie uitlokken.