Rivieren, zeeën en oceanen
De aarde bestaat voor het grootste deel uit water. Dat water stroomt in rivieren, zeeën en oceanen. Maar is het overal hetzelfde? Waar komt al dat water vandaan? Kan je water uit de oceaan drinken en is dat dan zout of zoet? Welke dieren leven er in een rivier en welke vind je alleen in de zee terug? Welke oceaan is er nu het grootst en welke rivier het langst? In dit boek vind je interessante weetjes over al dat blauw op onze aarde.
Het boek is opgedeeld in verschillende delen. In het eerste deel bekijken we waarom de aarde weleens ‘de blauwe planeet’ genoemd wordt en zien we daarna in ‘de kringloop van het water’ waar al dat water telkens vandaan komt. De verschillen tussen zout, zoet en brak water worden kort besproken. Waar komt het voor? Welke dieren leven er? Vervolgens komen een aantal van de grote oceanen en zeeën aan bod, bijvoorbeeld De Grote Oceaan, de Caraïbische Zee en de Middellandse Zee. Daarna volgen de rivieren, meren en watervallen zoals de bekende Amazone, Nijl, Ganges en Niagarawatervallen, maar ook de minder bekende watervallen van de Iguaçu en het Nakurumeer. Een keuze die ik niet meteen kan volgen. Maar goed, zo leert ook de lezer nog eens iets bij. In het volgende deel ‘kanalen, dammen en havens’ wordt er uitgelegd dat niet alle waterlopen of meren op een natuurlijke wijze ontstaan, maar ook door de mens aangelegd worden. Tot slot worden de beroemde waterplekken toegelicht. Venetië en de Dode Zee verdienen zeker een plaats in dit lijstje. Maar de drijvende markt van Bangkok, de Zuidkust van Australië en de Grand Canyon zijn niet meteen de locaties die bij mij opkomen onder deze noemer. Iets nieuws dus.
Elke locatie beslaat twee pagina’s. Aan de linkerzijde vind je steeds een grote foto met daaronder een korte uitleg. Aan de rechterzijde nogmaals een foto met daarop schetsachtige-tekeningen die verwijzen naar de tekst. Bovenaan de pagina staan steeds de twee helften van de wereld waarop de locatie wordt aangeduid. Handig! Daaronder staat dan een raadseltje in dezelfde stijl als de figuurtjes op de foto. De kennis die die vragen testen, ligt echter totaal niet op hetzelfde niveau als de informatie die het boek geeft. We lezen bijvoorbeeld over de hoogte (met als referentie een kerktoren) en de breedte (zo’n vijfentwintig voetbalvelden) van de Iguaçu watervallen. Maar het raadsel vraagt dan plots welk eendje op de tekening niet van de waterval durft.
Voor de leeftijd waarop het boek mikt (5+) lijkt de inhoud mij nogal hoog gegrepen. Misschien is het eerder iets om samen met een erg leergierige zesjarige door te nemen. De raadseltjes op de rechterpagina’s laat je dan maar gewoon links liggen. Anders bekeken kunnen de collageachtige foto’s en de raadseltjes een eerste kennismaking zijn voor jonge lezers, die dan tijdens het opgroeien steeds meer en meer uit het boek kunnen halen.