Het verhaal gaat over een kat die op een vuilnisbelt woont. Vroeger heette hij Poekie, toen had hij nog een huis en een baasje. Hij noemt zichzelf nu "Rotkat", zoals het scheldwoord dat hij elke dag naar zijn hoofd geslingerd krijgt. Rotkat vindt het nochtans niet erg om buiten te leven, hij voelt zich vrij. Want thuis mag je niet met je kont op de krant, niet met je kop in de vaas, niet kotsen op bed, niet met je klauw in de kaas en moet je lief zijn tegen de hond! Daar heeft hij geen zin in ...
Gelukkig is Rotkat nergens bang voor, behalve voor Kattenvanger Ad. Hij heeft ook een paar vrienden op straat: de meeuw Mohammed, mooie kattin Mimi en zwerfster Sadet. Samen met Mohammed beleeft Rotkat heel wat avonturen en wordt hij achtervolgd als hij weer eens kattenkwaad uithaalt. Nochtans kan hij heel lief zijn: hij helpt met plezier een bang jongetje over straat. Rotkat ziet in alles het positieve, zijn vuilnisbelt-huis is voor hem een kasteel en een bezoekje aan zijn favoriete visboer wordt een waar festijn. Kortom, het is een stoere kat met een peperkoeken hart. 

Rotkat is een leuk boek voor eerste lezertjes, vanaf het tweede leerjaar. Het verhaal is spannend en bij momenten grappig. De tekeningen zijn eenvoudig, maar vrolijk en veelvuldig aanwezig. De tekst is makkelijk geschreven, het enige struikelblok zijn de Nederlands-Nederlandse woorden zoals bijvoorbeeld "kattenkolder". 

Het is een verhaal uit de Tijgerlezen-reeks en past helemaal bij de filosofie waarin leesplezier centraal staat.