Scheikunde

Schoolvakken zoals scheikunde zweven soms een beetje in het luchtledige: je leert allerlei theoretische principes uit het vakdomein kennen zonder de band met de dagdagelijkse werkelijkheid te zien. Resultaat: een aantal leerlingen brengt er nauwelijks interesse voor op. Boeken zoals deze Ooggetuige laten jonge leergierigen ontdekken dat wetenschap wel degelijk stevig in de alledaagse werkelijkheid verankerd zit. De camouflage van een kameleon, fotosynthese van planten, rijzend deeg en gistend bier, onze spijsvertering, pijn in oververmoeide spieren, een brandende kaars, roest, een foto die ontwikkeld wordt, een wespensteek die verzacht wordt met azijn, plastic, zeep, verf, soepele lederen schoenen … bij dat alles komt chemie te pas. Klaar en duidelijk worden de basisprincipes in aantrekkelijke, verteerbare brokjes geserveerd, op de bekende wijze van de Londense uitgeverij Dorling Kindersley: korte hoofdstukjes; hoofdidee in grotere druk; voorbeelden, weetjes en interessante details in kleine druk als aanvulling; alles rijkelijk geïllustreerd met kleurrijke foto’s en tekeningen. Deze uitgave richt zich tot een iets ouder publiek dan de meeste andere deeltjes in de Ooggetuige-reeks. Je hoeft geen wetenschapsfreak te zijn om geboeid te raken door dit boek maar het veronderstelt wel enige vorming van de lezer, ook op het gebied van leesvaardigheid en algemene woordenschat. Met termen als ‘modificeerbaar’, ‘resistent’ en ‘dotatie’ zijn tieners immers door de band niet zo vertrouwd. Heel jammer vind ik het dat een overzichtslijst met verklaring van vaktermen ontbreekt. Enerverend, zeker voor een taalgevoelige lezer, zijn de taalfoutjes en slordigheden die her en der in de vertaling slopen (verkeerd lidwoord of voornaamwoord, kromgetrokken zinsconstructie … ). Een knappe uitgave met schoonheidsfoutjes dus.