Spinder

Via zijn geheime dagboek richt Hidde – ook Spinder genoemd, naar de kruising tussen een spin en een vlinder die hij ooit maakte - zich tot de lezer. Zijn broer Jeppe wil de kelder inpalmen om er met zijn band te kunnen repeteren. Maar waar moet Hidde dan met zijn laboratorium en zijn verzameling levende insecten naatoe? Hij besluit de kelder met hand en tand te verdedigen en werpt daarvoor zelfs een verschrikkelijk geheim in de strijd. Maar of dat voldoende is om Jeppe van zijn plan te doen afzien?
Een gevoelvol boek over een uiteengerukt gezin. Het verhaal is geschreven in dagboekvorm door Hidde die de lezer aan zijn kant probeert te krijgen als een ‘betrouwbaar iemand’. De lezer is zo mee getuige van de oorlog die de twee broers voeren. Ze zijn vaak alleen thuis en verschillen heel erg van elkaar. Jeppe houdt van drummen, terwijl Hidde zich liever terugtrekt in de rust van zijn kelder. Geen vader in zicht en hun overwerkte moeder heeft totaal geen weet van wat er zich in haar huis afspeelt en is zelfs niet op de hoogte van het bestaan van de kelder. Langzaam maar zeker komt een vreselijk geheim bovendrijven; het lijkt het enige dat de twee jongens bindt. Ze bedreigen en pesten elkaar, terwijl het verleden steeds zwaarder op hen weegt. Langzaam maar zeker loopt het allemaal totaal uit de hand.
Het verhaal is luchtig verteld, met veel verwijzingen naar de insectenwereld en hier en daar een bij de tekst aansluitende, wat kinderlijke illustratie. De ondertoon is diepgaand en ernstig, maar gaat niet te zwaar wegen. Door een rake woordkeuze, heel wat zelfbeschouwing, het trekken van parallellen met de insecten die hij zo goed kent en een goed opgebouwd plot weet Hidde de lezer onmiddellijk te betrekken in zijn betoog, hoe absurd de situatie soms ook is. Het boek is een bonte mengeling van emoties, van angst en spanning tot boosheid en verliefd zijn. Een bijzondere en zeer boeiende invalshoek voor een herkenbaar verhaal over verlies en broedertwist.