Te ver

In dit derde deel van de Tesoro-trilogie trekt Paul naar Vietnam, waar hij na zijn eindexamen zes maanden lang als vrijwilliger gaat werken in een weeshuis. Hij heeft het zo druk, dat hij weinig of geen tijd heeft om e-mails te sturen naar Pinar. Dat is ook niet zo makkelijk, want hij moet drie kwartier stappen naar het dichtstbijzijnde internetcafé. In het weeshuis sluit hij vrienschap met de mooie Tuyet, één van zijn leerlingen. Als zij na een bezoek aan haar oom niet terugkeert, gaat Paul naar haar op zoek. Hij raakt verstrikt in een meer dan hachelijk avontuur, waarbij hij Tuyet maar net kan redden uit handen van nietsontziende mensensmokkelaars, die haar willen verkopen aan een prostitutienetwerk in China. Thuis in Andalusië is Pinar doodongelukkig. Ze vreest dat Paul verliefd is op Tuyet, maar het haar niet durft te zeggen. En dus laat ze zich de aandacht van Jorge, een 27-jarig lid van de duikclub graag welgevallen, ook al heeft ze af en toe haar twijfels. Dit laatste deel is naar mijn gevoelen het minst goede van de drie. Het avontuur dat Paul in Vietnam beleeft, is best wel sterk: het is uitermate vlot geschreven en berespannend. De korte stukjes over Pinar – die eigenlijk vooral ongelukkig en bokkig is omdat ze zo weinig van Paul hoort – zijn soms zelfs storend voor het verloop van Pauls verhaal. Buiten de goede afloop – de bezegeling van hun liefde voor elkaar – is er zelfs niets dat beide verhaallijnen bindt. Jammer dat de twee verhaallijnen niet hetzelfde niveau halen. En jammer dat je in dit derde deel toch een beetje op je honger blijft zitten. Pauls avontuur in Vietnam staat immers buiten het hele verhaal. Bovendien is het spijtig dat een verhaal over mensensmokkelaars in Vietnam ondergeschikt gemaakt wordt aan de vraag of Paul en Pinar al dan niet samenblijven. De auteur had beide onderwerpen beter gescheiden gehouden. Maar dat neemt niet weg dat het boek aangenaam wegleest en dat vooral Pauls wedervaren je aan je stoel gekluisterd houdt. Een beetje een dubbel gevoel dus.