Tijd voor het potje
Elke peuter wordt op een bepaald moment geconfronteerd met een nieuwe fase in zijn jonge leven: de zindelijkheidstraining. Voor Kleine Beer is dat niet anders. Mama brengt hem een fonkelnieuw potje en legt uit wat er van hem verwacht wordt. Kleine Beer begrijpt er niet veel van en vindt zijn leven goed zoals het is. Toch heeft dat rode ding iets intrigerend.s Het potje blijkt erg geschikt om mee te spelen. Het is een leuk attribuut bij verstoppertje en treintje spelen. Dan komt mama binnen met nog een cadeautje. Kleine Beer krijgt een onderbroek. De vertrouwde luier gaat weg. Hoe hard Kleine Beer ook zijn best doet, het loopt vaak mis. Gelukkig is mama nooit boos, ze heeft zelfs een goed idee: knuffel Kobus krijgt ook een onderbroek. Vanaf dan gaat het goed want Kleine Beer en Kobus oefenen samen, met al vlug het gewenste resultaat.
Het boek is aantrekkelijk uitgegeven in een groot vierkant formaat. Het lettertype is voldoende groot en overheerst de bladspiegel niet. Hoewel er vaak veel te zien is op een prent, wordt het toch nooit te druk. De bladspiegel blijft rustig ogen. De tekst is goed verdeeld over de pagina’s. De prenten beslaan soms dubbele pagina’s en zijn gedrukt op dikker, glanzend papier. Dat maakt het boek erg geschikt om voor een groep voor te lezen. Op elke prent is de onderbroek van Kleine Beer gedrukt in aaibaar, vilten materiaal. De vrolijke, kleurrijke illustraties zetten het verhaal kracht bij. Ze zijn neergezet in heldere en warme acryl en dragen bij tot de warme, lieve en vooral erg huiselijke sfeer van het boek.
Het hele proces van de zindelijkheidstraining is in dit boek speels voorgesteld. Een verteller brengt het verhaal vanuit een neutraal standpunt, als toeschouwer. Tekst en verhaallijn zijn erg eenvoudig en goed aangepast aan het doelpubliek. Als kennismaking met het onderwerp is ‘Tijd voor het potje!’ zeker geschikt voor kinderen vanaf twee jaar.
Over dit soort thema’s zijn al bijzonder veel boekjes verschenen. Dit boek springt er qua originaliteit zeker niet uit. Op het potje leren gaan wordt vaak op deze manier aangebracht. Inhoudelijk brengt het boek dus niets nieuws. Mama Beer wordt ook net iets te stereotiep voorgesteld in het hele proces. Hoewel het voor peuters aantrekkelijk is en de grote prenten het mogelijk maken om niet alleen voor te lezen, maar ook vrij te vertellen, is het toch geen hoogvlieger. De auteur heeft getracht om een originele invalshoek te benutten door knuffel Kobus te gebruiken. Toch is dit element niet voldoende uitgewerkt om het verhaal er te doen uitspringen. Het geheel is net te afgeborsteld en té aaibaar. Een tikkeltje meer pit en karakter ontbreken hier.