Tilly Bunker is een doodgewoon elfjarig meisje dat een rustig, geregeld leventje leidt. Als je haar met één woord zou moeten omschrijven, dan is dat: onopvallend. Als ze je dus al opgevallen zou zijn, want niemand lijkt haar ooit op te merken. Zelfs haar ouders lijken meer met zichzelf bezig te zijn dan met hun dochter, al heeft ze wel een ietwat vreemde opa die al zijn kennis uit televisiequizzen haalt. Zo verglijden Tilly’s dagen en niets lijkt daar verandering in te zullen brengen, tot ze uitgekozen wordt voor een spionageopdracht. Tja, als je zo onopvallend bent, dan kan je niet anders dan een fantastische spion zijn. Het P.S.S.S.T (Project tegen Sluwe Spionnen en Stiekeme Types) wil dat Tilly achterhaalt wat er gebeurd is met haar voorgangster die spoorloos verdwenen is in een klein Zuid-Engels dorpje. Alles lijkt vlot te gaan verlopen, tot de volgens Tilly vervelende kleinzoon van haar voorgangster roet in het eten dreigt te gooien. Is de dekmantel van Tilly, alias Kitty, voldoende goed? Lukt het haar om de geheimzinnige Murdo Mak te ontmaskeren? En wat is de rol van haar knuffelbeest Balk? Dit alles levert een supervlot weglezende dikke pil op. Op geen enkel moment gaan de avonturen van Tilly vervelen. Het is zelfs best spannend om te weten te komen of de slechterik Murdo Mak zich daadwerkelijk schuil houdt in het haast idyllische dorpje. Dat de afdelingen van de geheime dienst aangeduid worden met flauwe namen als P.S.S.S.T, J.O.E.H.O.E, A.H.U.M en dergelijke meer moet je er maar bijnemen. De hoofdstukken waarin Tilly opgeleid wordt als geheim agent en waarin ze ontdekt wie Murdo Mak eigenlijk is, maken dat je die flauwe dingetjes er zonder problemen bij neemt. Dit boek brengt geen diepgaande filosofische theorieën of analyses van gevoelens maar biedt gewoon een tof avontuurlijk verhaal waar je als lezer lekker enkele uren in kan wegkruipen. Wat wil je nog meer?