Tony
Tony mag dan wel een schaap zijn, hij is zeker geen kuddedier. Hij keert de kinderboerderij de rug toe en steelt een auto om de wereld te gaan veroveren. Onderweg redt hij een jongetje, waarop hij bij hem en zijn moeder intrekt, en vervolgens mee met haar in het ouderenhuis gaat werken. Zijn stijgende populariteit zorgt ervoor dat hij verkozen wordt tot burgemeester. Maar dat draait toch anders uit dan gehoopt.
Heerlijk absurd en onrealistisch is dit boek. Maar tegelijk levert het een zeer kritische kijk op de wereld. Dat mensen door de ogen van dieren beschreven worden, geeft een verfrissende blik. Het laat daarnaast ook toe sommige begrippen uit te leggen, zoals bijvoorbeeld burgemeester. Die kritiek wordt trouwens geserveerd met veel mededogen en milde humor die zorgt voor een permanente glimlach op je gezicht. Zo laat Bouke Billiet een vrouw in het ouderenhuis met veel begrip zeggen “(…) ik vergeet elke dag dat ik een zoon heb, en hij vergeet elke dag dat hij een moeder heeft.” De auteur verstaat echt wel de kunst om dingen in een eenvoudige taal toch bijzonder mooi te formuleren, zoals bijvoorbeeld de beschrijving van het armtierige appartementsblok waar het jongetje met zijn moeder woont: “Het gebouw zag er moe uit.” Ook de zwart-wit illustraties van Marjolein Pottie zijn bijzonder geslaagd.