Twee aan twee

Een groep jonge dieren gaat met juf Boe Hoe (een hert) op wandel in het bos. Enkel Pim de vleermuis vindt niemand om twee aan twee mee op te stappen. Telkens als ze denken een of ander monster tegen te komen blijkt het dus 'maar' Pim te zijn (die toch niet meetelt). Maar plotseling komen ze wel degelijk een griezelige beer tegen. Pim kan hem doen schrikken en wegjagen. Vanaf dan telt Pim wel mee. Als de groep naar huis gaat, volgen de monsters gedwee. De angst voor Pim zit er goed in bij de monsters. Het verhaal wordt ietwat te belerend uitgewerkt en hangt met haken en ogen aan elkaar. Prent en tekst creëren verwarring bij de lezer. De tekst verduidelijkt niet voldoende wat er gebeurt in de prenten. Bij de illustraties is er ruim aandacht voor - vaak grappige - details. Maar het geheel komt nogal koud over. Het versje dat telkens herhaald wordt ("Volg de leider, ga met ons mee, we lopen twee aan twee") getuigt niet van veel inspiratie.