Vampyria

Hof van Schaduw

We zijn het schaduwjaar 299, net geen 300 jaar nadat Lodewijk XIV zich in 1715 na zijn dood als Zonnekoning tot Schaduwkoning liet kronen. Sindsdien heersen vampiers over grote delen van de wereld. De gewone burgers dienen de stervelingenwet te volgen. Ze mogen zich niet verder dan 4 km van hun parochie verplaatsen en blijven na zonsondergang verplicht binnenshuis. De maandelijkse bloedaflaat verzekert een continue bloedtoevoer voor de vampier-elite. Maar in het grootste geheim groeit er protest. Jeanne is nog net geen achttien als haar familie meedogenloos omgebracht wordt door de heersers die geen enkele vorm van protest dulden. In het nauw gedreven bedenkt ze snel een list die haar het leven redt en haar toegang verleent tot de eliteschool aan het hof van Versailles.

Plattelandsdochter Jeanne voegt zich bij de uitverkoren jonge edelen van het grote Magna Vampyria-rijk. Het geheim van haar ware afkomst moet ze ten alle tijden bewaren. Haar ontmaskering zou haar dood betekenen en haar kans op wraak voor altijd teniet doen. De sfeer onder de leerlingen is, geheel naar verwachting, vrij wantrouwig. De verschillende personages zijn vrij typerend voor de kostschoolsetting: de eenzaat, de stoere, de pestkop en de meelopers, de reeks potentiële lovers, de leerkrachten die voor of tegen het hoofdpersonage zijn. Jeanne is continue op haar hoede. Voorzichtig neemt ze een aantal personen in vertrouwen. Ze leert dat ieder zijn eigen geheim heeft. Een redelijk herkenbaar arm-meisje-op-rijkeluis-kostschool-script. Als hoofdpersonage vond ik Jeanne niet echt overtuigend. Ondanks de dramatische start waarbij haar familie vermoord wordt wekt ze weinig sympathie op tijdens de rest van het verhaal. Het verhaal leest vlot, er is voldoende spanning maar echt verrassend verloopt het niet. Het lijkt alsof Dixen tijdens dit eerste deel van zijn trilogie vooral veel aandacht aan de staging van Vampyria besteedde. De setting in het 18de eeuwse Versailles zorgt voor een extra laagje. Dixen schetst de Vampyria wereld voornamelijk via interne dialoog van het hoofdpersonage. Hij is erg beschrijvend en gruwt geen lugubere details. Het ontstaansverhaal van de vampieren is origineel en de omkadering van de Franse 18de eeuw geeft het geheel ook een geschiedkundig kantje, al mistte ik hier en daar wat extra informatie. Lezers die geïnspireerd worden kunnen misschien best elders bijkomende informatie zoeken. Marga Blankestijn zorgde voor een knappe vertaling en gebruikt hier en daar een Franse term die de sfeer van de Franse aristocratie versterkt. 

Op de donkergroene harde cover van deze limited edition springt het lugubere gouden masker (in reliëf) meteen in het oog. Het symbool voor de heerser van Vampyria wiens aangezicht sinds zijn heropstanding als Schaduwkoning achter dat gouden masker schuil gaat. De schutbladeren bevatten de portretten van de belangrijkste personages, gevolgd door een landkaart van Magna Vampyria en een print van 'de Stervelingenwet'. De snede van het boek is goudkleurig bedrukt met als uitsparing het woord Vampyria. Als lezer uit de Verenigde Provinciën (Nederlandstalig gebied) word je via een handgeschreven brief toegesproken door Victor Dixen zelf. Er werd dus wel wat werk in de vormgeving gestoken. Op de website van Victor Dixen zie je duidelijk dat er veel tijd en moeite aan de branding van Vampyria besteed werd. Dat loont! 

Victor Dixen is tweevoudig winnaar van de Grand Prix de l’Imaginaire, de prestigieuze Franse literaire prijs voor fictie in de speculatieve genres. Zijn sciencefictionreeks Phobos werd ook in het Nederlands gepubliceerd. Hof van Schaduw is het eerste deel van de Vampyria-trilogie dat in het Nederlands verschijnt. Hopelijk heeft Marga Blankestijn zin in nog meer Vampyria want deel 2 en 3 zijn al geruime tijd verkrijgbaar in het Frans. Bovendien voegde Dixen er nog een reeks bijhorende boeken aan toe. De boeken werden reeds vele malen vertaald en verspreiden zich langzaamaan over de wereld. Het Magna Vampyria-rijk breidt zich steeds verder uit ...