Vos en Haas vieren feest
Vos en Haas vieren feest en hebben Uil uitgenodigd. Er zijn hapjes en een drankje en een heleboel gerechten. Maar moet je niet met zijn vieren zijn om te vieren? En wie moet er dan nog bij? Uil zou best Pluim erbij willen, maar Haas vindt haar een nuf. Onverwacht komen Piep en Tok met Iek aanzetten. Zij kunnen best meevieren vindt Haas. En ook Rob en Meermin en zelfs Ever. Het eten kunnen ze delen, behalve dat ene toetje dat Uil voor Pluim opzij houdt. Het gaat er heel wild aan toe; het is een geweldig feest. Uil moet op het einde zijn toetje maar met Vos delen. Het feest is voorbij en Pluim komt echt niet.
Opnieuw een onweerstaanbaar grappig verhaal over deze ondertussen bekende figuren. De situatie is herkenbaar; de invalshoek origineel door de woordspeling rond 'vieren' die het hele verhaal op gang trekt. Het verhaal is verteld in een eenvoudige taal, aangepast aan het leesniveau, zonder dat de vertelstijl aan kracht inboet. De tekst staat gedrukt in een groot en speels lettertype met ruime interlinie, waarbij sommige zinnen inspringen en woorden beklemtoond worden door ze vet en groot te drukken. Met waterverf ingekleurde, expressieve illustraties van Thé Tjong-Khing staan tussen de tekst en sluiten nauw aan bij het verhaal. De karakters komen werkelijk tot leven in deze schitterende synergie tussen woord en beeld. Een stimulerend pareltje voor beginnende lezers die al wat meer aankunnen onder de noemer 'Ik lees als Haas'.