Vuurspuwen

Het lijkt alsof de vijftienjarige Fien een evenwicht heeft gevonden in de wijze waarop ze haar tijd tussen haar gescheiden ouders verdeelt. Bij haar moeder woont ze in een klein huisje in het dorp, bij haar vader maakt ze deel uit van een nieuw samengesteld gezin. Ze heeft een paar leuke vriendinnen, een vriend Jesse, en in de circusschool waar ze deel van uitmaakt, kijkt ze uit naar het leren vuurspuwen. Maar wanneer haar moeder besluit om te gaan samenwonen met haar vriend, wordt dat evenwicht ongevraagd verstoord. Plots maakt ze deel uit van twee nieuwe samengestelde gezinnen. Twee gezinnen om tussen te pendelen en twee gezinnen waar andere afspraken en gewoontes gelden. Ze voelt zich boos, verdrietig en onbegrepen. Die gevoelens leiden tot frustratie en dat uit ze door zich af te zetten tegen alles en iedereen om zich heen. Haar hobby’s, haar vriendschappen en haar eerste echte vriendje laat ze vallen. Daarenboven spijbelt ze, kiest ze de verkeerde vriendinnen, blowt, liegt en steelt ze. Tot ze bij dat stelen betrapt wordt en dankzij een empathisch gesprek met de politie een opening vindt om haar leven weer op te pakken.

Caja Cazemier geeft de gevoelens van Fien helder weer en ze schetst een wereld die herkenbaar is voor jonge adolescenten. Die zullen zich, doordat het verhaal erg vlot geschreven is, zonder veel moeite kunnen inleven in de gevoelens van het meisje. In haar verhaal biedt de auteur ook onopvallend een antwoord op vragen en twijfels van jongeren die zich onbegrepen voelen. Naast al het onbegrip waar Fien mee te maken krijgt en de vele negatieve zijwegen die ze inslaat, is er ook ruimte voor dialoog en een positieve ommekeer. Dit verhaal nodigt uit tot meeleven, het kan herkenning bieden maar ook de ervaringswereld van jongeren verrijken. Een uitnodiging ook voor ouders, al dan niet gescheiden, om de gevoelens van jongeren te begrijpen.