De Chaos in Loïs
Dit verhaal werd geschreven voor de Maand van de Filosofie met als thema Chaos. De titel past zeer goed bij de inhoud. Maarten is samen opgegroeid met Loïs, een meisje van zijn leeftijd. Als jonge kinderen gingen ze samen spelen op de heuvel met andere vriendjes. Maar na de vakantie blijft de stoel van Loïs in de klas leeg en Maarten, die kriebels in zijn buik en overal jeuk heeft – als hij nog maar aan haar denkt – is bang dat ze nooit meer terugkomt omdat ze kanker heeft. Hij durft zijn zorgen met niemand delen en is zeer ongelukkig. Alleen Klaas, zijn stoere en praatzieke vriend die nergens bang voor is, praat hem om en met hem durft hij de confrontatie aan met zijn zieke vriendin. Samen met zijn broer en andere vrienden gaan ze Loïs proberen te redden van die vreselijke ziekte, want staat er geen leegstaand huis in het dorp waar magische dingen gebeuren, zoals een kapotte vaas die plots weer heel werd nadat ze in scherven viel? Op een nacht dringen ze met z'n allen het huis binnen en hopen dat daar de aanzet van Loïs' genezingsproces zal worden gevonden door al hun wensen en dromen uit te spreken.
Een verhaal dat uitnodigt tot nadenken en praten over zaken die kinderen bezighouden, maar die moeilijk te benoemen zijn – zoals het in dit verhaal gaat over ziek zijn en de delicate gevoelens zoals eerste verliefdheid. De schrijver heeft de chaos die in Maarten zijn hoofd zit heel goed uitgedrukt door hem met veel inlevingsvermogen als een overgevoelige jongen neer te zetten. Naar het einde toe is de plotwending wat bruusk en kom je in een eerdere spookachtige sfeer terecht, maar toch blijft het een boeiende vertelling – mede door de bijhorende illustraties die de tekst mooi en treffend omkaderen.
Een open verhaal waar je veel mee aankan om met twaalfjarigen over een gamma aan gevoelens te praten.